Bidirectionele 2A-buck/boost-lader voor supercaps
Linear Technology introduceert de LTC3110, een bidirectionele buck/boost supercap-lader met programmeerbare ingangsstroombegrenzing en actieve ladingsvereffening (balancing) voor maximaal twee in serie geschakelde supercaps. De LTC3110 is zeer geschikt voor toepassing in noodstroomsystemen met supercaps voor onder andere servers, RAID-clusters en HF-apparatuur.
Linear Technology introduceert de LTC3110, een bidirectionele buck/boost supercap-lader met programmeerbare ingangsstroombegrenzing en actieve ladingsvereffening (balancing) voor maximaal twee in serie geschakelde supercaps. De LTC3110 is zeer geschikt voor toepassing in noodstroomsystemen met supercaps voor onder andere servers, RAID-clusters en HF-apparatuur.
In de backup-modus wordt de regelaar door de supercaps gevoed en levert aan de uitgang een systeemspanning van 1,71 V tot 5,25 V. De ingangsspanning Vcap mag hierbij variëren van 5,5 V tot 0,1 V waardoor vrijwel alle in de supercap aanwezige energie kan worden gebruikt. Als de reguliere voedingsspanning aanwezig is, werkt de LTC3110 in de laad-modus waarbij autonoom of na een commando van richting kan worden omgeschakeld tussen laden of ladingsvereffening (bij twee supercaps). De gemiddelde ingangsstroom kan met een nauwkeurigheid van 2% op een programmeerbare waarde tussen 0,125 A en 2 A worden ingesteld. In de burst-modus wordt het rendement bij kleine belastingen verhoogd, wordt de standby-stroom gereduceerd tot 40 µA en wordt de shutdown-stroom verlaagd tot minder dan 1 µA. De chip werkt met een hoge schakelfrequentie van 1,2 MHz waardoor kleine externe componenten kunnen worden gebruikt.
In de backup-modus wordt de regelaar door de supercaps gevoed en levert aan de uitgang een systeemspanning van 1,71 V tot 5,25 V. De ingangsspanning Vcap mag hierbij variëren van 5,5 V tot 0,1 V waardoor vrijwel alle in de supercap aanwezige energie kan worden gebruikt. Als de reguliere voedingsspanning aanwezig is, werkt de LTC3110 in de laad-modus waarbij autonoom of na een commando van richting kan worden omgeschakeld tussen laden of ladingsvereffening (bij twee supercaps). De gemiddelde ingangsstroom kan met een nauwkeurigheid van 2% op een programmeerbare waarde tussen 0,125 A en 2 A worden ingesteld. In de burst-modus wordt het rendement bij kleine belastingen verhoogd, wordt de standby-stroom gereduceerd tot 40 µA en wordt de shutdown-stroom verlaagd tot minder dan 1 µA. De chip werkt met een hoge schakelfrequentie van 1,2 MHz waardoor kleine externe componenten kunnen worden gebruikt.