Een rotte probe!
Ofschoon de editorial in de Elektor e-zine meestal gaat over (nieuwe of oude) technische ontwikkelingen, wil ik in deze eerste editorial van 2017 een alledaags probleem uit het lab aankaarten. Je zit aan een schakeling te meten en op het scoopscherm verschijnen vreemde signalen die niet in de betreffende schakeling thuis horen. Na het nodige gezoek kom je er achter dat het niet aan je schakeling ligt, maar dat een van de gebruikte probes een slecht intern contact heeft.
Ofschoon de editorial in de Elektor e-zine meestal gaat over (nieuwe of oude) technische ontwikkelingen, wil ik in deze eerste editorial van 2017 een alledaags probleem uit het lab aankaarten. Velen van u hebben het waarschijnlijk ook al eens meegemaakt. Je zit aan een schakeling te meten en op het scoopscherm verschijnen vreemde signalen die niet in de betreffende schakeling thuis horen. Na het nodige gezoek (en gevloek?) kom je er achter dat het niet aan je schakeling ligt, maar dat een van de gebruikte probes een slecht intern contact heeft. Vervelend, maar het komt nogal eens voor!
Laatst stond ik bij een van onze ontwerpers in het lab mee te kijken bij het testen van een juist opgebouwde print met een nieuwe schakeling voor het magazine. Een kloksignaal gaf een fraaie blok op de scoop, maar het uitgangssignaal zat vol met ondefinieerbare stoorpulsen die daar eigenlijk niet hoorden te staan. Na enig gezoek werd bij toeval tegen de kabel van de probe aan de uitgang gestoten en opeens waren de stoorpulsen weg. "Hè, ik tref het weer," zei de ontwerper, "een rotte probe!" De oorzaak was dus een slechte verbinding in de probe of de probe-kabel.
We hebben dit soort problemen al vaker meegemaakt en zoiets komt nu eenmaal voor in een lab waar een heleboel probes weliswaar netjes in een rek hangen, maar deze worden door heel veel verschillende personen gebruikt. Niet iedereen gaat er even voorzichtig mee om en dan wil het wel eens gebeuren dat een probe of de kabel intern beschadigd raakt. We hebben weliswaar allemaal goede probes van bekende fabrikanten (niet de goedkope prullen die je bij eenvoudige scoopjes krijgt), maar zo'n probe is nu eenmaal een gevoelig onderdeel en daar moet je voorzichtig mee omgaan. Repareren is meestal onmogelijk, het beste kun je zo'n verdacht exemplaar maar weggooien voordat een ander er een hoop problemen (en verloren tijd) mee heeft.
Iets soortgelijks geldt overigens ook voor breadboards. Die gebruiken we de laatste tijd weer meer om eenvoudige schakelingen even snel op te bouwen en te testen. Maar als je enkele keren te dikke kabels of onderdelen met te brede pootjes in zo'n breadboard hebt gestoken, loop je de kans dat de interne veercontacten niet meer goed functioneren. Wanneer je dat merkt, dan is meteen opruimen ook de beste oplossing. Gelukkig kost zo'n breadboard - in tegenstelling tot een goede probe - maar enkele euro's!
Laatst stond ik bij een van onze ontwerpers in het lab mee te kijken bij het testen van een juist opgebouwde print met een nieuwe schakeling voor het magazine. Een kloksignaal gaf een fraaie blok op de scoop, maar het uitgangssignaal zat vol met ondefinieerbare stoorpulsen die daar eigenlijk niet hoorden te staan. Na enig gezoek werd bij toeval tegen de kabel van de probe aan de uitgang gestoten en opeens waren de stoorpulsen weg. "Hè, ik tref het weer," zei de ontwerper, "een rotte probe!" De oorzaak was dus een slechte verbinding in de probe of de probe-kabel.
We hebben dit soort problemen al vaker meegemaakt en zoiets komt nu eenmaal voor in een lab waar een heleboel probes weliswaar netjes in een rek hangen, maar deze worden door heel veel verschillende personen gebruikt. Niet iedereen gaat er even voorzichtig mee om en dan wil het wel eens gebeuren dat een probe of de kabel intern beschadigd raakt. We hebben weliswaar allemaal goede probes van bekende fabrikanten (niet de goedkope prullen die je bij eenvoudige scoopjes krijgt), maar zo'n probe is nu eenmaal een gevoelig onderdeel en daar moet je voorzichtig mee omgaan. Repareren is meestal onmogelijk, het beste kun je zo'n verdacht exemplaar maar weggooien voordat een ander er een hoop problemen (en verloren tijd) mee heeft.
Iets soortgelijks geldt overigens ook voor breadboards. Die gebruiken we de laatste tijd weer meer om eenvoudige schakelingen even snel op te bouwen en te testen. Maar als je enkele keren te dikke kabels of onderdelen met te brede pootjes in zo'n breadboard hebt gestoken, loop je de kans dat de interne veercontacten niet meer goed functioneren. Wanneer je dat merkt, dan is meteen opruimen ook de beste oplossing. Gelukkig kost zo'n breadboard - in tegenstelling tot een goede probe - maar enkele euro's!