Wie het kleine niet eert – aflevering 10 – Rechtuit-ontvanger
Rechtuit-ontvanger
idee: Elex-team
Vroeger had radio iets ‘magisch’, en dat is niet zo verwonderlijk: je soldeert een paar ‘onooglijke’ onderdelen aan elkaar, knoopt er een antenne en een koptelefoon aan en... het is niet te geloven, maar tussen de ruis zijn stemmen en muziek te horen!
Die eerste radio-ontvangers waren zogenaamde rechtuit-ontvangers (je zou het ook recht-door-zee ontvangers kunnen noemen omdat ze geen toeters en bellen hadden) die zich tot het absolute minimum beperkten: het door de antenne opgepikte signaal wordt in een uit een (afstembare) condensator en een spoel bestaande kring geselecteerd, daarna gedetecteerd met behulp van een merkwaardig onderdeel dat kristaldetector heette, en vervolgens hoorbaar gemaakt met een (zeer hoogohmig) kristal-oortelefoontje.
Die kristaldetector... Dat was iets bijzonders! Die bestond uit een galeniet-kristal dat je met de nodige fijngevoeligheid met een metalen contactdraadje moest ‘kietelen’ tot je een plek gevonden had dat de gewenste detectiewerking vertoonde. Men had toen nauwelijks een idee waarom dat zo was (net zoals tegenwoordig veel ‘smartphone-zombies’ geen idee hebben hoe hun speeltje eigenlijk werkt) – nu weten we dat het de voorloper van de puntcontactdiode was, en dat is weer de voorloper van alle huidige halfgeleiderdiodes. Figuur 1 toont het algemene schema van zo’n supersimpele rechtuit-ontvanger.
Zoiets nodigt uit tot experimenteren – en dat is precies wat we in figuur 2 hebben gedaan. Daar hebben we een actief element (een transistor, om precies te zijn een FET) toegevoegd die een tweeledig doel dient. In de eerste plaats zorgt deze ‘tor’ voor flink wat LF-versterking zodat er een goed hoorbaar geluid uit het oortelefoontje komt. En in de tweede plaats heeft deze FET een zeer hoge ingangsimpedantie, zodat de afstemkring nauwelijks wordt belast en de detectiediode – een germaniumexemplaar – aan de ‘bovenkant’ van de kring kan worden aangesloten. We hoeven dan geen ‘moeilijke’ dingen te doen zoals een spoel met aftakking wikkelen. Al met al zal de gevoeligheid van dit simpele radiootje u aangenaam verrassen!
Wat de bouw betreft: die paar onderdelen kunnen probleemloos ‘zwevend’ worden bedraad (zonder print. U kunt de spoel zelf wikkelen (ongeveer 85 windingen geëmailleerd koperdraad van 0,2 mm op een ferrietstaaf van 10 cm lang) of een kant-en-klaar smoorspoeltje van de in het schema genoemde waarde gebruiken.
Het geheel kan worden gevoed uit een 9V-‘blokje’. Veel knutselplezier; volgende week gaan we deze schakeling nog een beetje opleuken.