Wie het kleine niet eert – aflevering 24 – Toversleutel
Toversleutel
idee: Elex-team
Een infrarood-afstandsbediening voor een (elektromagnetisch bediend) slot? Niets bijzonders, zult u denken. Maar een jaar of -tig geleden leek het tovenarij, en was het leuk zoiets zelf in elkaar te knutselen, al was het alleen maar om de buren versteld te doen staan. Hier ziet u hoe dat toen met een klein aantal onderdelen gedaan werd.
Als eerste hebben we een zender nodig, die een of ander IR-signaal produceert. Om het niet te ingewikkeld te maken, is gekozen voor een simpele 555-oscillator die een blokgolf produceert met een frequentie van 3,5 kHz en een duty-cycle van 75% (de uitgang is 75% van de tijd hoog en 25% van de tijd laag) – zie figuur 1.
Zoveel over de zender; nu de ontvanger. Als IR-detector wordt hier een fotodiode van het type BP104 gebruikt (zie figuur 2) die de ontvangen lichtpulsjes omzet in een elektrisch signaal dat door transistor T1 wordt versterkt.
De oplettende lezer zal opmerken dat T1 zonder ruststroom werkt zodat de schakeling relatief ongevoelig is: de zender moet vrij dicht bij de detector worden gehouden.
De rest van de signaalverwerking neemt IC2 voor zijn rekening: dat is een toondecoder die binnen een relatief smalle frequentieband (in dit geval dus ongeveer 3,5 kHz) vaststelt of er al dan niet een signaal wordt ontvangen.
Waarom een toondecoder? Heel eenvoudig: omdat we anders een discreet opgebouwd smalbandig banddoorlaatfilter nodig zouden hebben, en dat is niet zo eenvoudig te construeren. Hier zorgt een PLL-schakeling ervoor dat alleen ‘geldige’ signalen het slot kunnen openen (of wat u dan ook met de schakelcontacten van het relais aanstuurt).
A propos relais: dat wordt rechtstreeks door de uitgang van het IC aangestuurd, een extra transistortrapje is niet nodig (dat zit al in het IC).
Nog een laatste opmerking: met potmeter P1 in de zender wordt de frequentie van het IR-signaal zo ingesteld dat de ontvanger correct reageert.