Het idee van Kunstmatige Intelligentie (Artificial Intelligence of AI) is waarschijnlijk al zo oud als de mensheid, maar volgens onze betrouwbare vriend Wikipedia, is het onderzoeksveld van de AI begonnen op het Dartmouth College in 1956. Eerdere pogingen tot wat we nu AI noemen gingen voornamelijk over machines die wiskundige operaties konden uitvoeren. Sinds enkele jaren staat het AI-onderzoek in volle bloei dankzij de ontwikkelingen in cloud computing en slimme apparaten en is het tijd voor een onderzoek om uit te vinden wat “gewone” mensen weten over AI en wat hun gevoelens erover zijn.

Het onderzoek werd uitgevoerd door Northstar in opdracht van ARM. Er namen bijna 4.000 mensen aan deel die toch wel iets van AI wisten. Deelnemers die van mening waren dat AI nooit enige invloed op de samenleving zou hebben werden uit de resultaten gefilterd, zodat we niet te maken hebben met een representatieve groep. Er werden vragen gesteld over onderwerpen als kwaliteit van leven, arbeidsmarkt, toepassing en privacy.

61% van de respondenten was van mening dat AI onze samenleving beter zal maken. Intelligente verkeerslichten kwamen op de tweede plaats als aantrekkelijke toepassing (na medische toepassingen, wat me herinnerde aan een lokale raadsvergadering waar het fel toeging toen er werd gesproken over gaten in de weg en verkeersdrempels en een vermoeid raadslid zuchtte dat dit altijd en overal zo ging).

Een andere interessante uitkomst was dat Aziatische mensen veel meer open lijken te staan voor AI dan Europeanen, en, minder verrassend, jongere mensen positiever over AI zijn dan ouderen. Alles bij elkaar laat dat zien, dat mensen die zijn opgegroeid met moderne technologie zich minder zorgen maken over AI, wat weer eens aantoont dat mensen vooral bang zijn voor dingen die ze niet kennen.
 
Download een kopie van het verslag.