Artikel
nuldoorgangsdetektor
nuldoorgangs- detektor In afwijking van "normale" nuldoor- gangsdetektoren moet bij deze scha- keling het ingangssignaal eerst een bepaald nivo bereiken voordat de detektor het als een nuldoorgang "ziet". Dit heeft het voordeel dat ruis en stoorsignalen op het net eenvoudig genegeerd worden en de schakeling alleen maar reageert wanneer het de bedoeling is. Met instelpotmeter P1 wordt de gevoeligheid van de schakeling in- gesteld. Met P1 helemaal open- gedraaid ligt de triggerdrempel van de detektor bij 300 mVtt. Opamp A l is als spanningsvolger geschakeld. Na deze opamp belandt het signaal 83514 .15v() ia DUS R5 15V® 15V bij twee schmitt-triggers waarvan de hysteresis door de verhouding van R9/R4 c.q. R7/R8 bepaald wordt. Opamp A2 detekteert dan, bij stijgende ingangsspanning, de nuldoorgang. P2 wordt zo ingesteld dat precies bij de nuldoorgang van het stijgende ingangssignaal de uit- gang van A2 van logisch 0 (-15 V) naar logisch 1 (+15 V) wordt ge- schakeld. Opamp A3 gedraagt z...
Discussie (0 opmerking(en))